In de Gezinsherenigingsrichtlijn is aan personen met een verblijfsvergunning die afkomstig zijn van buiten de EU een subjectief recht op gezinshereniging neergelegd. Gezinsleden die binnen drie maanden nareizen, hebben een recht op gezinshereniging. In de nationale wetgeving zijn de voorwaarden neergelegd voor overkomst van gezinsleden die op een later tijdstip voor hereniging met de in Nederland verblijvende hoofdpersoon in aanmerking willen komen.
Belangrijke voorwaarden betreffen het bezit van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv), het bezit van een paspoort, het beschikken over voldoende middelen om in het levensonderhoud van het gezinslid te kunnen voorzien en de inburgeringseis. In bepaalde gevallen kan van deze voorwaarden worden afgeweken. De aanvraag voor gezinshereniging kan in het land van herkomst worden ingediend, maar ook door de referent in Nederland.
Voor advies en informatie kunt u contact opnemen met één van onze advocaten.